1 of 14 DOCUMENTS


© Copyright 2005 De Gelderlander  
De Gelderlander


September 30, 2005


SECTION: EWREG1 (regiopagina Ede-Wageningen - Vallei - Renkum)


LENGTH: 349 words


HEADLINE: 'GEEN (LEER)STIJL' - Onderwijsbureau voor beter lezen en rekenen


BODY:

Door onze verslaggeefster

EDE 'Geen (leer)stijl' heet het nieuwe onderwijsbureau in Ede dat kinderen en tieners en jong volwassenen helpt met dyslexie (woordblindheid) en discalculie (rekenstoornis) .

Het initiatief is van Sigrid Kootstra, docente Duits, en Chieneke van den Brug; wiskundig ingenieur en onderwijsadviseur. "De naam van het bureau is een beetje provocatief", zegt Kootstra. Ze doelt daarmee op het feit dat zij en haar collega van mening zijn dat kinderen niet leren door een bepaalde stijl. En voor veel kinderen is klassikaal beslist niet ideaal. Kootstra heeft drie kinderen, van wie een dyslexie heeft en een ander een 'beelddenker' is, iets wat daar op lijkt.

"Als je 'poes' zegt denken de meeste mensen aan de letters p-o-e-s, maar een beelddenker ziet een plaatje van een lief poesje", zegt Van den Brug. "Je snapt dat als je alles wat er tegen je wordt gezegd, eerst in beelden vertaalt, je niet altijd net zo snel kunt zijn als de rest."

Kootstra zegt dat ze in de drieenhalf jaar dat ze voor de klas staat, ze gefrusteerd geraakt is door de tekortkomingen van het onderwijs. Ze heeft na lang tobben haar kinderen naar een Montessorischool gedaan omdat ze daar kinderen veel individueel laten werken. "Ieder kind leert op een andere manier. Het is gek dat we ze op school juist dwingen om alles hetzelfde te doen."

Kootstra zegt dat scholen niet anders kunnen door het gebrek aan tijd en geld. Extra aandacht voor kinderen die dyslexie veel moeite met lezen en schrijven en discalculie veel moeite met rekenen hebben, is er daardoor al nauwelijks. "Discalculie is nog erg onbekend en het wordt ook eens ondergesneeuwd door de aandacht voor dyslexie", aldus Kootstra.

Een kind dat 'niet kan lezen' of 'niet kan rekenen' moet vaak een enorme strijd leveren om mee te komen of in elk geval niet al te zeer op te vallen. "Het zelfbeeld wordt negatief en ze denken dat ze minder intelligent zijn dan de rest", vertelt Van den Brug. "Wat onzin is, ze leren alleen anders."

DE VALLEI 3

De dyslexieaanpak van Van Gemert

© Wegener.NV 2005


LANGUAGE: Dutch


LOAD-DATE: September 30, 2005



2 of 14 DOCUMENTS


© Copyright 2005 De Gelderlander  
De Gelderlander


September 30, 2005


SECTION: VPAG1


LENGTH: 161 words


HEADLINE: Onderwijsbureau voor discalculie EDE


BODY:

Door onze verslaggeefster

Kinderen, tieners en jong volwassenen kampen met dyslexie waardoor ze moeite hebben met lezen en schrijven , maar ook met discalculie (moeite met cijfers en rekenen). 'Geen (leer)stijl' wil bij beide problemen helpen.

Het nieuwe onderwijsbureau in Ede is een initiatief van Sigrid Kootstra, docente Duits, en Chieneke van den Brug, wiskundig ingenieur en onderwijsadviseur. "De naam van het bureau is een beetje provocatief", zegt Kootstra. Ze bedoelt dat zij en haar collega van mening zijn dat kinderen niet leren door middel van een bepaalde stijl. En dat voor veel kinderen klassikaal onderwijs niet ideaal is.

Kootstra zegt dat ze in de drie en een half jaar dat ze voor de klas staat, gefrusteerd is geraakt door de tekortkomingen van het onderwijs. Ze heeft haar drie eigen kinderen van wie een dyslectisch is op een Montessorischool gedaan, omdat daar indivueler wordt gewerkt.

pagina 4

© Wegener.NV 2005


LANGUAGE: Dutch


LOAD-DATE: September 30, 2005



3 of 14 DOCUMENTS


© Copyright 2005 De Gelderlander  
De Gelderlander


September 30, 2005


SECTION: VEDE


LENGTH: 297 words


HEADLINE: Onderwijshulp met prismabril 'GEEN (LEER)STIJL'


HIGHLIGHT:
"Ieder kind leert op een andere manier. Het is gek dat we ze op school juist dwingen om alles hetzelfde te doen."


BODY:

Vervolg van voorpagina

Om deze onderwijsstijl te ontlopen, deed Sigrid Kootstra van onderwijsbureau 'Geen (leer)stijl' na lang tobben haar kinderen naar een Montessorischool. Kootstra zegt er wel bij dat scholen niet anders kunnen door het gebrek aan tijd en geld. Extra aandacht voor kinderen die dyslexie en discalculie hebben, is er daardoor nauwelijks. "Discalculie is nog erg onbekend. Het wordt ook eens ondergesneeuwd door de aandacht voor dyslexie", aldus Kootstra. Een kind dat 'niet kan lezen' of 'niet kan rekenen', moet vaak een enorme strijd leveren om mee te komen of in elk geval niet al te zeer op te vallen. "Het zelfbeeld wordt negatief en ze denken dat ze minder intelligent zijn dan de rest", vertelt collega Chieneke van den Brug.

Een kind dat zich meldt, wordt eerst nauwkeurig geobserveerd om uit te zoeken hoe het wel leert. Aan de hand van gesprekken met het kind, de ouders en eventueel school wordt een plan opgesteld, waarna het kind in een groepje aan de slag gaat.

Van den Brug legt uit dat het kind leert om te gaan met zijn beperkingen door zich te concentreren op waar het wel goed in is. Een van de methodes waarmee 'Geen (leer)stijl' kinderen met dyslexie helpt, is de therapie van Van Gemert. Deze opticien gaat ervan uit dat leesmoeilijkheden ontstaan doordat je hersenen de beelden verkeerd verwerken en geen woordbeeld vormen. Door een speciale prismabril wordt dit euvel verholpen.

De therapie van Van Gemert is omstreden, geven Kootstra en Van den Brug toe. Ze zijn echter overtuigd dat het werkt, hoewel je niet voor elk kind met dyslexie mag spreken. "Daarom shoppen we bij meer therapieen, net zo lang tot we iets op maat hebben."

Individuele gesprekken Voor informatie: tel. 0318-650112.

© Wegener.NV 2005


LANGUAGE: Dutch


LOAD-DATE: September 30, 2005



4 of 14 DOCUMENTS


Copyright 2005 VUM Groep  
Het Nieuwsblad


August 5, 2005


EDITION: Spanjekrant


SECTION: NATIONAAL; Pg. 4


LENGTH: 292 words


HEADLINE: Demotte snoert stotteraars de mond


BODY:

Een nieuwe besparingsmaatregel van minister Rudy Demotte van Volksgezondheid (PS) schroeft de terugbetaling van therapie voor dyslexie en stotteren gevoelig terug.

De logopedisten zijn verontwaardigd. "Deze maatregel treft in de eerste plaats de patienten. "De minister zal gedacht hebben: laat ons de groep aanpakken die het toch al niet goed kan zeggen, klinkt het cynisch uit de mond van Gert Reunes. Hij is logopedist en zelf stotteraar. "Vanmorgen kreeg ik een brief van het Riziv dat vanaf 1 augustus nog slechts 1 uur stottertherapie per week wordt terugbetaald in plaats van de vroegere 2,5 uur. Dat is meer dan een halvering! Een patient betaalt nu 32 euro per uur waarvan 75 % door het ziekenfonds wordt terugbetaald. Als de patient dezelfde therapie wil blijven volgen zal hij of zij met de nieuwe maatregel dus wekelijks 48 euro extra uit eigen zak moeten opdiepen of terugvallen op een uurtje therapie per week. Nochtans tonen studies aan dat een uur echt niet volstaat.

Ook de veel grotere groep van patienten met leerstoornissen (dyslexie, discalculie,...) wordt getroffen. In hun therapie wordt vanaf deze maand nog 1 uur in plaats van 1,5 uur per week terugbetaald.

De maatregel is ingegeven door een lichte overschrijding met 1,3 % van het budget voor logopedische uitgaven. Alles samen gaat het over 632.000 euro voor 2004.

"Dat is een peulschil als je de totale kosten van geneeskundige uitgaven beschouwt, zegt Pol De Meyere, voorzitter van de Vereniging voor Vlaamse Logopedisten (VVL). "Maar toch worden wij en vooral onze patienten daar heel zwaar voor gestraft. De minister heeft de maatregel er op een maand doorgejaagd en ons voor voldongen feiten geplaatst. We zullen het hier niet bij laten.(GN)


LOAD-DATE: August 6, 2005



5 of 14 DOCUMENTS


© 2005 PCM Uitgevers B.V.  
de Volkskrant


April 23, 2005


SECTION: Economie; Pg. K3


LENGTH: 365 words


HEADLINE: Opvoeden? Voor elke kleine dikkerd iser een pil


BYLINE: MARCEL HULSPAS


BODY:

Woensdagavond om half elf wist ik het zeker: ik behoor tot de 'Bewust Kinderlozen'. Op dat treurige niveau was mijn score in De Nationale Opvoedtest blijven hangen. Het verbaasde me niks. Als het om opvoeden gaat, ben ik het spoor volstrekt bijster. Althans, dat proberen de deskundigen mij aan het verstand te peuteren. 'Het zelfvertrouwen daalt,' vertelde sociaalpedagoog Mieke van der Hurk afgelopen woensdag in deze krant. En de Wageningse hoogleraar gezinssociologie Kees de Hoog constateerde 'meer opvoedingsproblemen en onzekerheid bij ouders'.

Niet dat zoiets gemeten is, of gemeten kan worden. Maar in menig vakgebied moet je af en toe alarm slaan, anders ben je brodeloos.

Het sympathieke aan opvoedkundige paniekzaaiers is dat ze iedere ouder wat te bieden hebben. Terwijl de een steeds weer nieuwe diagnoses verzint - discalculie bijvoorbeeld - waarschuwt de ander dat je kinderen niet te snel een etiket moet opplakken. Terwijl de een roept dat ouders het te druk hebben, dat ze voor hun kinderen quality time moeten reserveren, ontdekt een ander dat juist de kinderen vreselijk gestresst zijn. De opvoedkunde, kortom, is een grabbelton met voor elk wat wils.

Maar over een ding zijn de deskundigen het eens: alle problemen beginnen bij de opvoeding. De Hoog pleit voor verplichte opvoedingscursussen, en voegde daar dreigend aan toe: 'Zo'n cursus moet je massaal geven. Al moet je niet denken dat je daarmee de gek stopt die met zijn pistool zijn gezin uitmoordt.' Zelfs een Kees de Hoog kan niet al onze problemen oplossen.

Jammer genoeg hebben we al die zeer interessante deskundigen straks niet meer nodig. De medische industrie vreet hun vakgebied langzaam op. Een kind dat druk is, heeft tegenwoordig gewoon ADHD en de ouders krijgen geen opvoedkundig advies maar een puntzak Ritalin.

Dat is nog maar het begin. Deze week verscheen een onderzoek naar een geneesmiddel, rimonabant genaamd, dat effectief is tegen overgewicht en tegen roken. Nog een jaar of twee en alle kleine dikkerds en stiekeme paffers krijgen geen opvoedkundige preek maar een doordrukstrip. De opvoedkundige, die gezellige babbelaar, is aan het uitsterven. De apotheker niet.


LANGUAGE: DUTCH


LOAD-DATE: April 23, 2005



6 of 14 DOCUMENTS


© Copyright 2003 De Gelderlander  
De Gelderlander


November 10, 2003


LENGTH: 371 words


HEADLINE: Jubilerende schapen en rekenstoornissen; VALLEI IN DE WERELD


BODY:
Elke week zijn er tal van symposia, congressen en lezingen in de Vallei die elk veel verder strekken dan de randen van de Veluwe. Wat is er deze week te beleven? D e vijftigste verjaardag van Stichting Edese Schaapskudde is woensdag 12 november aanleiding voor een groots symposium over het behoud van schaapskudden. Onder meer hoofddirecteur Guido van Woerkom van de ANWB laat zijn licht hierover schijnen. Andere sprekers zijn deskundigen van de ministeries van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit en van Defensie. (Ede, Herberg Zuid-Ginkel, 13.00 uur). Over rekenstoornissen, discalculie in vaktaal, is nog lang niet alles bekend. De Christelijke Hogeschool Ede besteedt er woensdag 12 november een landelijke studiedag aan. Het begrip discalculie zou in wetenschappelijke kring nog lang niet algemeen erkend worden. Mensen uit de onderwijswereld krijgen tekst en uitleg over het fenomeen. De hamvraag is of rekenstoornis genetisch bepaald is of dat die tijdens de ontwikkeling van een kind optreedt. Het accent ligt op twee thema's: getalblindheid en problemen met het verwerken van getallen, zoals delen, optellen en vermenigvuldigen. Deelnemers krijgen ook praktische handreikingen om kinderen met rekenstoornissen beter te begeleiden. (CHE, Oude Kerkweg, Ede, 9.30 16.00 uur) De malariamug rukt op in de wereld en laat zich maar moeilijk door gifstoffen en ander middelen bestrijden. Projectbureau Frontis van Wageningen Universiteit en Researchcentrum brengt van 12 tot en met 14 november wetenschappers van verschillende disciplines bijeen om kennis uit te wisselen. Dat is van groot belang, want de malariamug vormt een van 's werelds grootste gezondheidsbedreigingen. Samen moeten de onderzoekers komen tot een betrouwbare manier om de risico's van malariaverspreiding te voorspellen. (WICC, Wageningen, vanaf 9.30 uur) Onderwijsmethoden veranderen constant. Nieuwe dingen kun je op veel verschillende manieren leren. Cito uit Arnhem heeft een toepassing ontwikkeld waarmee studenten eenvoudiger hun studiematerialen kunnen ontvangen, bewaren, uitwisselen, prestenteren en laten beoordelen. In de Reehorst in Ede houdt Cito daarom vandaag de conferentie 'Portofoliowereld, rode draad in uitdagend leren'.


LANGUAGE: Dutch


LOAD-DATE: November 10, 2003



7 of 14 DOCUMENTS


© Copyright 2003 De Gelderlander  
De Gelderlander


November 10, 2003


LENGTH: 371 words


HEADLINE: Jubilerende schapen en rekenstoornissen; VALLEI IN DE WERELD


BODY:
Elke week zijn er tal van symposia, congressen en lezingen in de Vallei die elk veel verder strekken dan de randen van de Veluwe. Wat is er deze week te beleven? D e vijftigste verjaardag van Stichting Edese Schaapskudde is woensdag 12 november aanleiding voor een groots symposium over het behoud van schaapskudden. Onder meer hoofddirecteur Guido van Woerkom van de ANWB laat zijn licht hierover schijnen. Andere sprekers zijn deskundigen van de ministeries van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit en van Defensie. (Ede, Herberg Zuid-Ginkel, 13.00 uur). Over rekenstoornissen, discalculie in vaktaal, is nog lang niet alles bekend. De Christelijke Hogeschool Ede besteedt er woensdag 12 november een landelijke studiedag aan. Het begrip discalculie zou in wetenschappelijke kring nog lang niet algemeen erkend worden. Mensen uit de onderwijswereld krijgen tekst en uitleg over het fenomeen. De hamvraag is of rekenstoornis genetisch bepaald is of dat die tijdens de ontwikkeling van een kind optreedt. Het accent ligt op twee thema's: getalblindheid en problemen met het verwerken van getallen, zoals delen, optellen en vermenigvuldigen. Deelnemers krijgen ook praktische handreikingen om kinderen met rekenstoornissen beter te begeleiden. (CHE, Oude Kerkweg, Ede, 9.30 16.00 uur) De malariamug rukt op in de wereld en laat zich maar moeilijk door gifstoffen en ander middelen bestrijden. Projectbureau Frontis van Wageningen Universiteit en Researchcentrum brengt van 12 tot en met 14 november wetenschappers van verschillende disciplines bijeen om kennis uit te wisselen. Dat is van groot belang, want de malariamug vormt een van 's werelds grootste gezondheidsbedreigingen. Samen moeten de onderzoekers komen tot een betrouwbare manier om de risico's van malariaverspreiding te voorspellen. (WICC, Wageningen, vanaf 9.30 uur) Onderwijsmethoden veranderen constant. Nieuwe dingen kun je op veel verschillende manieren leren. Cito uit Arnhem heeft een toepassing ontwikkeld waarmee studenten eenvoudiger hun studiematerialen kunnen ontvangen, bewaren, uitwisselen, prestenteren en laten beoordelen. In de Reehorst in Ede houdt Cito daarom vandaag de conferentie 'Portofoliowereld, rode draad in uitdagend leren'.


LANGUAGE: Dutch


LOAD-DATE: November 10, 2003



8 of 14 DOCUMENTS


© 2003 PCM Uitgevers B.V. All rights reserved.  
NRC Handelsblad


October 17, 2003


SECTION: Opinie; Pg. OPI2


LENGTH: 584 words


HEADLINE: Gymnastiek moet weer een echt vak worden


BYLINE: OSCAR HUISKAMP


BODY:

Hardlopen, mooi over de bok springen en de rekstok de baas zijn: in vroeger tijden was een mooi cijfer voor gymnastiek op je rapport de zichtbare beloning voor de wekelijkse fysieke prestaties. Gymnastiek was een vak, net als taal en rekenen, en werd als zodanig met een voldoende of onvoldoende gewaardeerd. En er was de 'sportdag'.

Anno 2003 is de situatie heel anders.

Veel gemeenten hebben de sportdag om allerlei redenen afgeschaft. De gymlessen blijken ook vaak bij uitstek de lessen die, enigszins mogelijk, kunnen vervallen. En cijfers voor bokspringen worden niet meer gegeven, terwijl kinderen het heel gewoon vinden dat rekenen, taal en andere vakken wel beoordeeld worden.

"Met gymnastiek is geen beoordeling mogelijk", "kinderen kunnen psychisch gekwetst worden", "wat moeten we dan met motorisch zwakke kinderen", zijn een paar argumenten om gymnastiek niet te beoordelen. Maar waarom kunnen kinderen die niet kunnen rekenen, wel een beoordeling krijgen (een onvoldoende, of gestigmatiseerd worden als kind met discalculie)?

Op een gewone basisschool hebben veel leerlingen problemen, maar zij hebben ook hun sterke kanten. Verhoudingsgewijs veel leerlingen met leerproblemen blijken echter wel goed in gymnastiek te zijn, maar hiervoor bestaat blijkbaar geen aandacht, voor hun zwakke rekenresulaten bij andere vakken wel.

Basisvaardigheden in de gymnastiek, zoals hardlopen, bokspringen, balgooien of touwtje springen, moeten weer genormeerd worden door er een cijfer of een andere waardering voor te geven.

Ik spreek uit ervaring. Reeds tien jaar geef ik mijn leerlingen van groep 7 en/of 8 een cijfer voor diverse activiteiten en bepaal daarmee hun rapportcijfer. Ik heb al die jaren geen enkele keer een onvoldoende hoeven te geven. Wel heb ik heel veel leerlingen enthousiast binnen en buiten de gymles zich bezig zien houden met bewegen. Ze werden zich meer bewust van hun lichaam.

Enkele gymlessen worden gebruikt voor oefeningen, bijvoorbeeld bokspringen of touwtje springen. De lessen waarop beoordeeld wordt geef ik ruimschoots van tevoren aan en de leerlingen zijn zeer gemotiveerd om te oefenen.

Beoordelen moet duidelijk zijn voor de leerlingen. Als beoordeling voor hun conditie gebruik ik bijvoorbeeld de shuttle run, een oefening waarbij de leerling steeds sneller van de ene zijde van de zaal naar de andere moet rennen. Het aantal minuten dat gelopen is, bepaalt hun cijfer. Met touwtje springen evenzo: het aantal sprongen per minuut bepaalt hun cijfer. Met bokspringen wordt hun cijfer bepaald door het cijfer, dat op de buis staat, die onder de bok gemonteerd is. In een halve Coopertest (6 minuten) bepaalt het aantal meters dat gelopen is, het cijfer. Alles is volkomen duidelijk voor de leerlingen, en zij weten waar zij aan toe zijn.

Er wordt veel gepraat over kinderen die lijden aan overgewicht en/of zich te weinig bewegen. In Groningen is begonnen kinderen op de basisschool elke dag gymles te geven. De overheid probeert kinderen van deze problemen bewust te maken.

Ik ben van mening, en jarenlange ervaring heeft mij daarin gestaaft, dat gymnastiekonderwijs op bovenomschreven wijze kinderen beter bewust maakt van hun lichamelijke situatie, dan welke campagne ook. Daarom moet gymnastiek op de basisschhool een hogere status krijgen, met behulp van gemotiveerde (vak)leerkrachten die het vak gymnastiek aantrekkelijk en belangrijk weten te maken voor de leerling.

Oscar Huiskamp is leraar op een basisschool.


LANGUAGE: DUTCH


LOAD-DATE: May 19, 2004



9 of 14 DOCUMENTS


© 2002 PCM Uitgevers B.V. All rights reserved.  
de Volkskrant


January 18, 2002


SECTION: Economie; Pg. 16


LENGTH: 451 words


HEADLINE: Niet zo zeuro


BYLINE: MIRJAM SCHOTTELNDREIER


BODY:

Nog even doorbijten, en het is gebeurd: de zeuro, zoals een vriendin tijdens een vrolijke borrel de euro treffend typeerde, is een doodgewoon betaalmiddel geworden. Als conservatief met diepgewortelde discalculie - wat toch deftiger klinkt dan niet goed kunnen rekenen - was ik beducht voor de mutatie van mijn vertrouwde geld. Maar alle zorgen zijn voor niks geweest. Ik snap het, ik kan het en ik vertrouw er op dat de mentale maatstaf van de gulden een stille dood sterft. Exit gezever en gezeuro.

Dat was natuurlijk net iets te vroeg gejuicht. Terwijl ik normaal niet zo op centen let, heb ik nu door dat je ze beter kunt incasseren in plaats van joviaal te blijven roepen 'laat maar zitten!' Dan zit je zelf permanent zonder die twee of drie cent die de caissiere wel degelijk vraagt. Dat is niet handig.

Verder baal ik als bijna ex-RSI-patient stiekem dat ons slag zwak-armige mensen met die euro-munten voor een hele eeuw zijn veroordeeld tot een portemonnee vol loodzwaar koperwerk. Niet echt erg, maar wel dagelijks irritant. Centen sparen en ze nog meesjouwen ook: ik had er ongewild een euro-gespreksthemaatje bij.

En dan sluipt er zelfs bij mij consumentenbewustzijn binnen. De gedeelde guldenbedragen zijn inderdaad, praktisch zonder uitzondering, riant naar boven afgerond. Ook niet heel erg, en gelukkig zijn er mensen en organisaties die zich er echt druk over maken, maar wederom is er die lichte irritatie. Waar je het voor je het weet met iemand even over hebt.

Thuis ben ik ook teruggekomen op mijn aanvankelijke euro-kordaatheid. In een huiselijke tafelrede had ik benadrukt dat een mens gauw moet ophouden met het omrekenen van z'n aankopen naar oude guldens. Had ik (moeder is zo bereisd!) in de VS niet meteen begrepen dat je die dollar beter meteen gelijk kon stellen aan een gulden? Dat broodje kost drie dollar, ja, en niet lopen eikelen dat dat omgerekend wel ruim zes gulden is.

Kinderen slapen niet als je je semi-wijsheden verkondigt, bleek van de week weer eens. Het was zakgelddag en ik rekende uit dat dochter G. nu recht had op vijftig eurocent. Ja, dat klonk een beetje weinig en dat leek een halvering, maar eigenlijk kreeg ze nu zelfs meer!

Ik was behoorlijk onder de indruk van mijn redenering, zij in het geheel niet. Ja, nee, ze snapte die rekensom heus wel, maar - ze ging er eens lekker pontificaal voor staan - had ik laatst niet gezegd dat ja, hoe moest ze het uitleggen, maar dat je niet op die manier kon blijven rekenen? 'Mam, dat heb je zelf gezegd, dat die gulden gewoon eigenlijk hetzelfde is als een euro.'

Ach, snoep wordt voor kinderconsumenten ook duurder. Die euro heeft ze in haar zak. Nu zelf ophouden met zeuren.


LANGUAGE: DUTCH


LOAD-DATE: May 8, 2003



10 of 14 DOCUMENTS


© 2001 PCM Uitgevers B.V. All rights reserved.  
NRC Handelsblad


October 9, 2001


SECTION: Voorpagina; Pg. 1


LENGTH: 691 words


HEADLINE: Pesten


BYLINE: MAARTEN HUYGEN


BODY:

Dat aan pesten op school niet zomaar een einde kan worden gemaakt met een harde anti-pest-wet werd duidelijk in de tweedelige documentaire De wereld van Amber. Wat begon als een alledaagse slachtoffer-docu eindigde met vragen over de rol van het slachtoffer zelf en vooral die van haar ouders. Dat komt omdat de maakster Nousjka Thomas zich niet verloor in de emoties van het gepeste meisje, maar een journalistieke aanpak toepaste met hoor en wederhoor zodat de kijker er iets van meeneemt. Deze aanpak zou vanzelfsprekend moeten zijn bij documentaires, maar is het niet.

De wereld van Amber begint met afraffeling van de cijfers, een op de zoveul kinderen wordt gepest, de precieze omvang ben ik weer vergeten, doet er ook weinig toe, omdat het om telkens andere gevallen gaat. Je hoeft ze niet te kennen om te weten dat pesten op scholen een probleem is omdat het zich - anders dan bijvoorbeeld incest - meestal niet in het verborgene afspeelt. Dan zien we Amber zelf, een groot, ietwat gezet meisje dat met een ontevreden gezicht door de schoolgangen loopt. Ze vindt zichzelf verschrikkelijk lelijk. Voor de camera komt ze daar rond voor uit. En ze wordt alsmaar gepest, zelfs door kinderen die niet in haar klas zitten. 'Een idioot kind, dat ben ik', zegt ze. 'Ja, dat is je zelfbeeld geworden', bevestigt de interviewster.

Maar dan blijkt dat ze zich met weinig anders dan dat negatieve zelfbeeld bezig houdt. Ze gaat van het ergste uit en scheldt zelf ook anderen uit als ze vindt dat ze niet wordt aanvaard. Ze is al vijf scholen af geweest en nog gaat het slecht. Als ze thuis komt, ratelt ze alle grote en kleine vergrijpen tegen haar af, de pestbriefjes, de scheldwoorden. Haar ouders horen haar maar al te graag aan en beramen nieuwe stappen, terwijl zij op de computer de anti-pest-site opzoekt. Zelfs het stuk van haar toneelvereniging ging over pesten en buitengesloten worden.

Een lerares op de middelbare school zegt dat zij 'sociaal heel onhandig is' en dat ze er alles aan heeft gedaan om haar aanvaard te krijgen. Ze gaat naar het speciale onderwijs. Daar krijgen de ouders ruzie met de schoolleiding die zegt dat het goed met haar gaat. Maar er was een computerbestandje gevonden met 'zeug', 'vetzak' en waarom ondernam de leraar daar niets tegen, vraagt de moeder.

Zo werd het een docu over overbezorgde ouders die van hun kind een geval maken, geval van hoogbegaafdheid, geval van discalculie en hier een geval van pesten. Door hun kind van minuut tot minuut te volgen maken ze het haar onmogelijk om zelf oplossingen te zoeken. Amber zal later toch zonder hulp van ouders of leraren door het leven moeten gaan. Ik vroeg me af of het verstandig van die ouders was om hun kind aan zo'n documentaire bloot te stellen, zodat haar status van pestslachtoffer definitief werd geboekstaafd. De leraren van haar speciale school spraken van een self fulfilling prophecy.

'U was ook dik vroeger. Ging het bij u hetzelfde?', vroeg de documentairemaakster aan de moeder. 'Nee, ik heb zoiets van als de mensen mij niet moeten, dan hoeft het voor mij ook niet', zei de moeder. 'Maar Amber wil ergens bijhoren. Die probeert er tussen te komen. Ik hoefde er niet tussen te komen. Ik had een beste vriendin, die zo dik was als ik.'

Een oplossing zou ik zeggen, misschien niet ideaal volgens de anti-pest-verordeningen, maar wel een waarmee die moeder als kind zonder hulp het leven aan kon, houvast kreeg. En kennelijk vindt ze dat haar kind recht heeft op meer dan dat, maar in plaats daarvan werd het minder. Amber die altijd haar stekels op heeft en zich niet verdiept in de achtergronden van haar rijkelijk met puisten bezaaide medeleerlingen in het speciale onderwijs. De televisie heeft de neiging om dergelijke problemen uit hun context te lichten.

Vaak bleef ik bij uitzendingen over pesten met raadsels achter. Ouders die scholen aanklagen, leraren die het hoofd schudden. Er ontstaan conflicten, Kamerdiscussies, wettelijke procedures en schadeclaims en het kind waar het om ging is iedereen allang vergeten. In deze documentaire werd duidelijk hoe zoiets ontstaat.

Televisie ; Media ; Omroep


LANGUAGE: DUTCH


LOAD-DATE: May 8, 2003



11 of 14 DOCUMENTS


© 2001 PCM Uitgevers B.V. All rights reserved.  
NRC Handelsblad


June 30, 2001


SECTION: Opinie; Pg. 8


LENGTH: 376 words


HEADLINE: Dyslexie/discalculie 1


BYLINE: E.S. KORTHOF, DOCENT WISKUNDE ENSCHEDE


BODY:

Dyslexieleerlingen (NRC Handelsblad, 27 juni) kunnen het vak Nederlands niet ontlopen. Hoewel er binnen de verschillende profielen in de havo ten aanzien van andere talen een aantal keuzemogelijkheden blijven, zullen ook dyslexieleerlingen niet onder een aantal, soms minimale, eisen per profiel uit kunnen en blijft er altijd het nodige aan Frans, Duits en/of Engels op het rooster staan en op het examen gevraagd.

Dyslexieleerlingen kunnen ook echt niet voorbijgaan aan de zeer 'talige' aspecten die bij andere vakken, ook wiskunde, tegenwoordig aan de orde zijn. Ze kunnen echter rekenen op tijdsverlenging bij toetsen en examens.

Zo ook ten aanzien van dyscalculie. Wil iemand een havo-diploma halen, dan houdt dat nu eenmaal in dat hij/zij een aantal vakken, waaronder wiskunde, tot op een zeker niveau machtig blijkt te zijn.

Voor wiskunde varieert dat van een betrekkelijk eenvoudig niveau bij wiskunde A1 tot een zeer pittig niveau bij wiskunde B1,2.

Niet dat A1 voor cultuur en maatschappij-profielers zo maar even te doen is, integendeel: voor hen is het een lastig vak! Maar omdat het vak alleen maar een schoolexamen kent en geen centraal examen, kan de school, c.q. de docent zelf het leerproces en toetsniveau (ook de tijdsfactor, zoals bij dyslexie formeel toegestaan) bewaken.

Daarbij komt ook nog dat de te maken praktische opdrachten ook andere vaardigheden een kans geven en aldus het eindcijfer positief kunnen beinvloeden. Dit zijn dan wel geen 'aanpassingen', maar toch: kansen en mogelijkheden genoeg.

Een goede wiskundeleraar zal zeker van de hem geboden mogelijkheden gebruikmaken om wiskunde A1-leerlingen zo goed mogelijk door dat ene jaar dat ze nog wiskunde moeten doen heen te loodsen!

Aan de ander kant: ook een havo-diploma staat ergens voor en in het profiel economie en maatschappij en de zogeheten N-profielen is helaas wegens de aard van die beestjes geen plaats voor dyscalculie-leerlingen, net zo min als dyslexie-leerlingen zich met name aan de talen in het cultuur en maatschappij-profiel zullen wagen! En dan geef ik Adelmund gelijk: als zelfs dat problemen oplevert, dan zal de leerling toch een ander schooltype moeten kiezen.

Schoolvakken ; Voortgezet onderwijs ; Onderwijs


LANGUAGE: DUTCH


LOAD-DATE: May 12, 2003



12 of 14 DOCUMENTS


© 2001 PCM Uitgevers B.V. All rights reserved.  
NRC Handelsblad


June 30, 2001


SECTION: Opinie; Pg. 8


LENGTH: 140 words


HEADLINE: Dyslexie/discalculie 2


BYLINE: CARRY BOMHOF, AMSTERDAM


BODY:

Met stijgende verbazing en woede neem ik kennis van het artikel over rekenzwakte op de voorpagina van NRC Handelsblad van 27 juni, omdat in een moeite dyslexie tot een modekwaal wordt betiteld. Mijn dochter van twaalf is niet modegevoelig, heeft wel dyslexie en lijdt er dagelijks onder.

Dyslexie betekent voor haar in de dagelijkse praktijk hard werken, eindeloos volhouden, tegen alle vooroordelen in doorploeteren, met als gevolg een met moeite bedwongen minderwaardigheidscomplex. En dan zijn wij nog niet aan de middelbare school begonnen.

Het stuit mij zeer tegen de borst dat u zo gemakkelijk met vooroordelen (het zal wel een modegril zijn) meegaat. Het is onnodig kwetsend ten opzichte van mijn dochter en al die andere dyslectici.

Lichamelijk gehandicapten ; Gezondheid ; Gezondheidszorg ; Gehandicaptenzorg


LANGUAGE: DUTCH


LOAD-DATE: May 12, 2003



13 of 14 DOCUMENTS


© 1996 PCM Uitgevers B.V. All rights reserved.  
de Volkskrant


November 27, 1996


LENGTH: 350 words


HEADLINE: Brein


BYLINE: CARIJN 'T HART


BODY:

Mijn moeder, ietwat gespannen, en ik zitten in de vreemd verlichte aula.

Vanavond is er een ouderavond over leerproblemen, en zojuist ben ik voorgesteld als 'het meisje met discalculie dat straks gaat vertellen'.

Het is vanavond de eerste keer dat ik er in meer dan een paar woorden over ga praten.

Normaal is het zo dat ik kort en snel uitleg wat er met mij aan de hand is, als mensen dit aan me vragen.

Als de orthopedagoog is opgehouden met zijn uitleg over onze hersenen en wat daarmee aan de hand kan zijn en wij allemaal een kop koffie achterover geslagen hebben, mag ik. Mijn been trilt.

Als ik mijn naam heb gezegd, en als ik vertel dat ik na een moeizame havo nu in de vijfde klas van het vwo zit, begint mijn relaas.

Het kost me moeite het uit te leggen, en zo te ruiken is mijn deodorant uitgewerkt.

Toch geloof ik wel dat de mensen begrijpen wat ik bedoel.

Zij hebben zelf ook kinderen die hebben gemerkt dat ze anders zijn dan de reguliere leerlingen van ons schoolsysteem. Het doet heel wat met een jong mens om te merken dat je daadwerkelijk anders bent, dat je brein anders is.

Ik moet voor een hele zaal met vreemde mensen uitleggen wat er met mijn hersenen is, namelijk dat ik slecht greep op getal en ruimte kan krijgen.

Kinderen met dyslexie, een beletsel dat meer bekendheid heeft, kunnen niet goed lezen en schrijven. Daardoor worden ze vaak gezien als paria's.

De ouders knikken me bemoedigend toe als ik vertel dat kinderen met een dergelijk leerprobleem moeten worden geholpen bij het ontwikkelen van eigenwaarde. Later krijgen ze het daar namelijk moeilijk mee, omdat ze door hun leerstoornis bijna niet aan de normale puberteitsproblemen toe komen. Ik praat over mezelf.

Als ik klaar ben, terwijl ik eigenlijk nog veel meer had willen zeggen, krijg ik applaus.

Eindelijk krijg ik bijval op dit terrein.

Ik loop als een gelukkig mens de mist in.

Carijn 't Hart

In NL schrijven lezers over hun huiselijk leven. Bijdragen aan de reeks, maximaal vijfhonderd woorden lang, zijn nog steeds welkom. Dit is aflevering 31.


LANGUAGE: DUTCH


LOAD-DATE: May 8, 2003



14 of 14 DOCUMENTS


Copyright 1996 VNU Dagbladengroep B.V.  
De Stem


November 20, 1996


SECTION: Alle edities, Pg. 2


LENGTH: 1174 words


HEADLINE: Leren leven met woordblindheid


Door Emmanuel Naaijkens


BODY:

Een kaart uit het kwartetspel.

Kwartetspel helpt kinderen spelenderwijs met spelling

Een verkeerd begrip van het woord dyslexie moet voor velen nog uit de wereld worden geholpen. Dyslexie wordt in het dagelijks spraakgebruik veelal vertaald als 'woordblind'. Maar anders dan deze vertaling suggereert heeft het totaal niets van doen met een gebrek aan de ogen.

"Mensen die dyslexie hebben herkennen niet of nauwelijks de structuur van een woord. Ze hebben moeite met het technisch lezen en krijgen daardoor moeilijk grip op de inhoud van de tekst," vertelt Marijke van der Meer uit Moergestel. "Dyslexie wordt veroorzaakt in de hersenen en je kunt er dus als zodanig niets aan doen. Wat je wel kunt is kinderen maar ook volwassenen helpen om zo goed mogelijk om te gaan met dyslexie". Mensen die geen last hebben van dyslexie zien de kern van een woord zonder dat te beseffen. Bij kinderen of volwassenen met dyslexie verloopt dat proces niet automatisch.

Als moeder van een zoon met dyslexie kent Marijke van der Veer het probleem van dichtbij. Bovendien is ze als remedial teacher (gespecialiseerde onderwijzer die kinderen met leerstoornissen helpt) dagelijks bezig met kinderen die lees- en spellingsproblemen hebben. "Vanuit mijn ervaring als onderwijzeres weet ik dat het niet eenvoudig is om de openlettergreep- en verdubbelingsregel aan te leren. Ze leren eerst oo in boom en de o in de dop. Vervolgens moeten ze bomen met een o. Ze leren mes schrijven en vervolgens messen. Je ziet dan vaak fouten als boomen en mesen. Vooral dyslectische kinderen vallen vaak terug op een schrijven zoals ze het horen."

Al werkende met deze leerlingen kwam Marijke van der Meer op het idee een kwartetspel te ontwikkelen. Twee jaar geleden bracht ze dat in eigen beheer uit om kinderen te helpen bij hun spelling. Gevestigde educatieve uitgeverijen zagen niets in haar idee. Het kwartetspel bevat in totaal 320 kaarten met elk vier woorden, gelijkelijk verdeeld over een gemakkelijk en een moeilijk niveau. Op ieder kaartje staan woorden met dezelfde structuur. Bijvoorbeeld tureluurs, kampvuren, burenruzie, buitenmuren hebben als structuur ure.

Dat kwartetspel bleek in een behoefte voorzien, het beleefde inmiddels twee drukken. Met de invoering van de nieuwe spelling stond ze voor de vraag of ze een derde, herziene versie van het kwartspel op de markt zou brengen. "Maar de telefoon blijft maar rinkelen, er zijn nog steeds ouders en scholen die een kwartetspel willen aanschaffen". De herziene spelling heeft op zich geen grote gevolgen voor kinderen met leesmoeilijkheden. De regel met de tussen-n, zoals pannenkoek in plaats van pannekoek, maakt het voor deze kinderen zelfs gemakkelijker.
 
  Spelenderwijs

Met het kwartetspel kunnen kinderen op jonge leeftijd leren om spelenderwijs om te gaan met spelling. Er zit echter ook een niet te onderschatten sociaal aspect aan deze aanpak. "Door samen met ouders of broers en zussen te spelen voelt zo'n kind zich minder buitengesloten."

Het is volgens Van der Meer zeer belangrijk om al in een vroegtijdig stadium dyslexie bij kinderen te onderkennen. "Zulke kinderen blijven achter met hun leerprestaties, maar als de ouders of de leerkracht niet weten wat de oorzaak is, wordt al gauw gedacht dat het kind dom is. Een kind in zo'n situatie gaat zich eenzaam voelen. Ik heb na het verschijnen van het kwartspel veel ouders aan de telefoon gehad en vaak schrijnende verhalen gehoord". Het komt ook wel eens voor dat het isolement het gevolg is van het feit dat ouders niet accepteren dat hun kind een leesstoornis heeft.
 
  Capaciteiten

Het is volgens Marijke van der Meer ook een misvatting om te denken dat er een relatie is tussen dyslexie en intellectuele capaciteiten. Maar het is wel eens lastig om bij een kind te achterhalen dat dyslexie de oorzaak is van slechte resultaten op school. "Kinderen blijken dat soms heel erg goed te kunnen camoufleren, ze verzinnen allerlei foefjes. Zo was er een kind dat een d en een t zo schreef dat het verschil bijna niet te zien was." Bij het ontdekken spelen moeders een grote rol, "die voelen vaak intuitief aan dat er iets mis is met hun kind." Dat kan zich bijvoorbeeld uiten in het plotseling niet meer naar school willen gaan, niet willen spelen met andere kinderen, maar ook in agressief gedrag.

Met het inschakelen van deskundigen, ook op latere leeftijd, kan veel leed voorkomen worden. "Kinderen waarvan is vastgesteld dat ze dyslexie hebben, hebben bijvoorbeeld recht op meer tijd om een toets te maken". Er moet overigens voor gewaakt worden, zegt Marijke van der Meer, om alle gevallen van dyslexie over een kam te scheren. De verschillen lopen nogal uiteen, evenals de mate waarin het verschijnsel zich voordoet.
 
  Einstein

De kansen in de maatschappij zijn voor mensen met dyslexie niet per definitie ongustig. "Er zijn er die gewoon aan een universiteit studeren. Het duurt in het algemeen langer, maar daar staat tegenover dat ze meestal zeer gemotiveerd zijn. En ik haal wel eens het voorbeeld aan van iemand als Einstein, die had ook dyslexie en die is werelberoemd geworden." Dyslexie heeft overigens ook een rekenkundige variant, die discalculie wordt genoemd.

Drs. L. Merkelbach, die in binnen- en buitenland onderzoek heeft gedaan naar dyslexie, juicht het initiatief van Marijke van der Meer toe. Maar hij maakt tegelijkertijd de kanttekening dat het kwartetspel maar een klein aspect van het probleem behandelt. Volgens Merkelbach heeft tussen de zes tot acht procent van de mensen dyslexie. "Gelukkig wordt er tegenwoordig alerter op het verschijnsel gereageerd, de wetenschappelijke kennis is ook verfijnd."


GRAPHIC: Geen foto ton toemen -


LOAD-DATE: November 21, 1996